Nu alle bloemen in bloei staan wordt het tijd om zaden te verzamelen. Dit kan je heel makkelijk zelf doen maar er zijn wel een paar dingen om rekening mee te houden. Ik geef je tips voor het oogsten van bloemenzaden zodat je volgend jaar weer kan zaaien van je eigen gratis zaaigoed. Ook leuk om weg te geven!

 

 

Tip 1. Haal niet alle bloemen weg

Normaal gesproken verwijder je uitgebloeide bloemen om  vorming van nieuwe bloemen te stimuleren. Als je zaden wil oogsten moet je (een paar) uitgebloeide bloemen laten staan. Kies de mooiste bloemen uit die niet aangetast zijn door schimmels of andere ziekten. Je kan ze eventueel markeren door er een touwtje aan te binden.

Tip 2. Zaden verzamelen

De meeste zaden oogst je in de nazomer. Kies een droge dag om de zaden te verzamelen. Ze moeten helemaal rijp zijn.  Onrijpe zaden zijn minder kiemkrachtig waardoor er minder ontkiemen bij het zaaien.

 

 

Kies een oogstwijze die bij de plant past. Bijvoorbeeld stokrozen kan je per zaaddoos van onderaf oogsten omdat ze nooit allemaal tegelijk rijp zijn, maar van zinnia’s en goudsbloemen oogst je de hele bloem. Bij leeuwenbekjes kan je de hele bloemstengel afknippen en op zijn kop hangen om te drogen. De zaden vallen er vanzelf uit. Bind eventueel een droge zak over de zaaddozen of zet er een emmer onder. Sommige zaaddozen moet je horen rammelen, zoals bij klaprozen. Sommige zaden kan je ook van de grond rapen, zoals van de Oost-Indische kers.

 

 

Label de zaden direct tijdens het verzamelen om te voorkomen dat ze door elkaar gaan. Vermeld de soort en kleur.

Tip 3. Zaden drogen

Als de zaden geoogst zijn kan je ze het beste uitgespreid laten drogen. Ik leg ze altijd 14 dagen op een krant op een droge niet zonnige plaats. Droog liever wat te lang dan te kort, als ze niet goed droog zijn kan je ze niet lang bewaren. Denk ook weer aan de labels, schrijf de naam en kleur van de bloem op de krant of leg het label er bij. Als er verschillende kleuren bloemen van dezelfde soort in de tuin staan is er grote kans op kruisbestuiving, het zaad is dan niet meer kleurecht.

 

 

Tip 4. Zaden schonen

Maak de zaden zo goed mogelijk schoon. Als ze vrij van zaaddoosresten worden opgeslagen is er minder kans op schimmels. Schone zaden nemen ook minder plaats in en zijn makkelijker te zaaien. Gebruik een vergiet of zeef om de zaden schoon te maken of gooi ze om en om in een kom bij een zacht briesje. De zaden zijn zwaarder dan de zaaddoosresten en je zult snel schone zaden hebben.

Tip 5. Zaden bewaren

Bewaar de zaden in een papieren zak, envelop, of filterzakje. Alles behalve plastic. Papier ventileert goed en er ontstaat geen condens. Zet ze op een koele, droge en donkere plaats. Zet het oogstjaar op het label. De kiemkracht hangt af van het soort en de wijze van oogsten en bewaren. Ik zaaide dit jaar goudsbloemen van zaad dat 4 jaar oud is, maar het zaad van klaprozen kan tientallen jaren kiemkrachtig blijven.

 

 

Voor een lange tijd was moestuinieren helemaal niet zo populair. Het had een oubollig imago en het werd helemaal niet zo veel gedaan. Tegenwoordig is men veel meer bezig met duurzaam leven, nadenken over wat je precies eet en waar het vandaan komt, het milieu en de ecologische voetafdruk die we achterlaten. Dit is ook heel erg belangrijk, want we willen graag nog lang genieten van onze aardbol. Ik vind het dan ook mooi om te zien dat moestuinieren steeds populairder aan het worden is en ik ben trots op mijn hobby. Dit is dan ook een van de redenen dat ik al mijn ervaringen in de moestuin deel op social media en op mijn blog. Ik wil andere mensen graag inspireren en aansporen om ook een moestuin te beginnen, zodat we samen een mooie en kleurrijke wereld kunnen behouden. In deze blog neem ik jullie mee in “Waarom moestuinieren mijn hobby is …” en hoop ik jullie te kunnen inspireren om een moestuin te starten.

 

 

Als allereerste wil ik benadrukken: Moestuinieren is voor iedereen! Jong en oud, veel tijd en weinig tijd, op een balkon, in potten, in een volkstuin of in je achtertuin. Moestuinieren kan op allerlei manieren, je kunt het zelf in de hand houden en iedereen kan het. In het zonnige zuiden van Nederland verbouw ik nu sinds 4 jaar mijn eigen groenten, kruiden en bloemen. Maar waarom?

Mijn groene wereld zonder allerlei schermen om mij heen

In de huidige maatschappij leven we tegenwoordig veel op internet, met ons mobieltje in de hand over straat en op het werk zitten we de hele dag achter de laptop. Ik vind het dan ook heerlijk om compleet af te kunnen schakelen in mijn eigen groene wereld. Even weg van mijn overvolle agenda, ongelezen mails en telefoontjes, en 100% focussen op de natuur. Dit is namelijk onze basis, zo houdt de wereld zich draaiende. Ik kan uren in de tuin werken en kom dan helemaal tot rust.

 

 

Zelf kiezen wat je teelt en eet

De grootte van je moestuin, wat je teelt en hoeveel je teelt: je hebt het allemaal zelf in de hand. Het moestuinieren wordt extra leuk wanneer je vooral teelt wat je zelf graag eet. In mijn moestuin teel ik een basis aan groente en fruit die we zelf veel en graag eten. Daarnaast experimenteer ik jaarlijks met een nieuwe soort om zo weer meer te leren van de natuur. Je groentes en fruit hoeven niet verpakt te worden in plastic, je kunt ze gewoon zo uit je tuin halen. Op deze manier ben je veel duurzamer bezig en verklein je je ecologische voetafdruk.

 

 

De natuur beter leren kennen

Ik vind het ontzettend interessant om tijdens het moestuinieren steeds maar meer te leren over de natuur, om te zien hoe de natuur iets heeft bedoeld en hoe bepaalde zaken juist goed samen kunnen werken of tegen elkaar kunnen werken. Het begint al met het creëren van bewust zijn bij het eerste zaadje dat je in de grond stopt. Pas dan kun je echt zien hoe een bepaalde groente zich van een bloem ontwikkelt naar een vrucht. Elk beestje of plantje heeft zijn eigen doel in de natuur en de natuur lost daarmee haar eigen problemen op. In mijn moestuin wordt alles 100% biologisch geteeld. Geen bestrijdingsmiddelen, maar gewoon de oplossing zoals de natuur die bedacht heeft. Je leert om te gaan met geduld, teleurstellingen maar ook veel successen en geluksmomentjes wanneer je je eigen vers geteelde groentes of fruit kunt opeten.

 

Delen met familie en vrienden

Een typisch moestuinkwaaltje is altijd zekerheid in te willen bouwen en daardoor (veel) te veel zaadjes in de grond te stoppen en te eindigen met 60 tomatenzaailingen terwijl je er maar maximaal 40 kwijt kunt. Of alle courgetteplantjes die zijn opgekomen toch maar in de grond zetten en later iedere week kilo’s courgettes te kunnen oogsten. Gelukkig kan ik hier mijn familie en vrienden blij mee maken door mijn overschot aan zaailingen en oogst met ze te delen. 

 

Wil je ook graag beginnen met het houden van een moestuin, maar weet je niet goed hoe? Of denk je dat je te weinig plek of te weinig tijd hebt? No excuses! Lees mijn andere blog Goed voornemen: Start een moestuin! waarin ik schrijf over vier gemakkelijk groentes waarmee je je moestuin kunt starten.