Het gekke groene vrouwtje
Het begon ooit onschuldig met het scheiden van papier, glas en plastic, maar ondertussen doe ik dus dingen waarvan ik vijf jaar geleden had gedacht: die vrouw is niet goed bij haar hoofd. Door mijn liefde voor het milieu lijk ik tegenwoordig alles door een groene bril te zien. En dat zorgt soms voor ietwat apart gedrag.

Wc doorspoelen met douchewater
Anderhalve maand geleden werd ik tweeënveertig en wat je vaak in damesbladen leest, is waar: hoe ouder je wordt, hoe meer je lak krijgt aan wat mensen van je vinden. Gelukkig maar, want sinds ik mij een half jaar geleden ondergedompeld heb in het duurzame leven, heb ik een hoop nieuwe gewoontes ontwikkeld die in mijn fantasie garant staan voor verbaasde blikken, hoongelach of iets vrolijker: de slappe lach. Nu ben ik iemand die zelfspot bij andere mensen erg kan waarderen, dus probeer ook mezelf niet zo serieus te nemen. Als vrienden vragen waarom ik twee emmers in de badcel heb staan en ik antwoord dat ik daarmee het douchewater opvang zodat ik er later de wc mee kan doorspoelen, dan kan ik daar zelf hartelijk om lachen.
Gek kattenvrouwtje
Dit lachen doe ik niet om ongemak te maskeren. Ik doe het omdat ik mij probeer in te leven in de ander en er dan maar vanuit ga dat die dat gescharrel van mij maar apart vindt. En vaak denk ik zelf ook: vrouw, waar ben je in hemelsnaam mee bezig? Zoals toen ik na een opruimactie van mijn bazin met twee zware tassen vol servieswerk richting de kringloop fietste omdat ik het niet kon verdragen dat ze dit -in mijn ogen nog prima- spul bij het vuil ging neerzetten. Laatst noemde een andere groene blogger zichzelf een crazy catlady en daarmee sloeg ze de spijker op zijn kop, want zo voel ik mij ook geregeld. Het ‘gekke kattenvrouwtje’ van de duurzaamheid dat leeft volgens haar eigen maatstaven en ongangbare gebruiken waarmee ze op haar eigen, bescheiden manier een bijdrage probeert te leveren een aan een schonere wereld. Nu heb ik geen kat, maar het feit dat ik net zoals het stereotype geen partner in huis heb, zorgt er wel voor dat niemand ooit zegt dat het klaar moet zijn met dat ‘achterlijke duurzaamheidsgedoe!’
Oftewel: het wordt alleen maar gekker…
Zwerver of psychiatrische patiënt?
Nu zijn acties zoals hierboven redelijk onzichtbaar. Dit in de zin dat niemand het ziet, behalve mijn familie, vrienden, bekenden en ok: de lezers van mijn blog. Maar goed, als duurzame strijder moet je natuurlijk niet alleen in je eigen veilige omgeving, maar soms ook in het zicht van de buitenwereld opereren. En hoewel ik zo even beweerde dat ik mij steeds minder van anderen aantrek, wil dat niet zeggen dat ik mij helemáál nergens voor geneer. Zeker niet. Zo pik ik bijvoorbeeld op mijn route naar de plastic bak al een tijdje zoveel mogelijk plastic rotzooi van de straat op. Zoveel mogelijk…dus niet alles. Ik geef namelijk eerlijk toe dat ik soms niet voor een plastic flesje durf te bukken als er er opeen een groepje mensen aankomt. Ik ben dan bijvoorbeeld bang dat ze me aanzien voor een zwerfster of iemand van de GGZ-instelling, een paar straten verderop. Toch is mijn zucht naar een schoner milieu over het algemeen groter dan mijn angst voor een eventueel bevreemdende of minachtende blik. En dus doe ik het meestal wel.
Koffie uit eigen mok
De gêne wordt overigens wel steeds minder. De eerste keer dat je in het zicht van vreemden iets doet wat je anderen nooit ziet doen, is meestal even spannend. Zoals toen ik voor het eerst mijn eigen, hergebruikte plastic zakjes meenam naar de supermarkt voor groente en fruit. Of toen ik voor het eerst mijn eigen mok wilde gebruiken voor een coffee to go op het station. In eerste instantie wachtte ik tot de rij weg was en stond ik een beetje te hannesen met mijn beker om hem zo onopvallend mogelijk uit mijn tas te halen. Toen ik hem uiteindelijk op de toonbank neerzette, reageerde de dame er achter meteen super enthousiast. Hierdoor was ik er meteen relaxt mee. Zonder blikken of blozen plantte ik een paar minuten daarna mijn gezellige mok op het tafeltje in de overvolle coupé. En geen haan die er naar kraaide.
Beloningscentrum draait op volle toeren
Want dat is het natuurlijk meestal: we denken dat iedereen ons kritisch bekijkt, maar vaak zien mensen niet eens wat je doet. Ze zijn meestal gewoon met zichzelf bezig. Dit klinkt cynisch, maar bedoel ik niet zo. We hebben allemaal onze onzekerheden en zijn vaak meer bezig met hoe we zelf overkomen dan wat we vinden van een ander. En mensen die wél van alles vinden van een ander zijn het meest onzeker van allemaal! Dusss,…daar laat dit gekke groene vrouwtje haar missie én plezier niet door dwarsbomen. Want ja: ik heb er werkelijk lol in! (Serieus waar: positieve daden activeren het beloningscentrum in de hersenen). Bij elk plastic flesje dat ik van de straat opraap, elke keer dat ik geen zakje van de tasjesrol bij de groente-afdeling hoef te pakken, en elke keer dat ik met een emmer douchewater de wc doorspoel, denk ik: ha, fijn! Wie zoiets krankzinnig of een druppel op de gloeiende plaat vindt, die vindt dat maar dan. Ik niet, want ik blijf er van overtuigd dat alle beetjes helpen. Ondertussen scharrel ik lekker verder.
Hey, ik ben Sasja (42) en ik woon in een poppenhuisje in de Amsterdamse Jordaan. Na jaren geen letter op papier te hebben gezet, heb ik sinds kort mijn oude liefde schrijven weer opgepakt. Voor De Verantwoorde Praktijken van Sasja de Vos blog ik me drie keer in de rondte over zaken waar mijn hart als een malle van gaat kloppen: duurzaamheid en sociaal betrokken leven. Hoewel ik zo duurzaam mogelijk probeer te leven, leef ik niet 100% verantwoord. Een beetje speelruimte moet er naar mijn mening wel zijn. Bewust leven, maar niet super streng.